1904 - Massart: Temse 30
12 MEI 1905
51°08'02" NB 04°31'51" OL
Massarts foto geeft een beeld van de Hollebeek, een natuurlijke beek die ontspringt nabij de hoger gelegen zuidelijke rand van het Waasland. De hellingen van de vallei waarin de Hollebeek zich ingesneden had, worden grotendeels verborgen door de akkers met hoog opgeschoten winterrogge. Tussen de percelen en langs de sloten staan populieren, maar er zijn geen hagen te bespeuren. Aan de voet van de tweede populier rechts groeit een struikvormige es (
Fraxinus excelsior). Eveneens opvallend zijn de geknotte schietwilgen (
Salix alba) waarvan sommige begroeid zijn met klimop (
Hedera helix). Op de voorgrond verbreedt de Hollebeek zich tot een cirkelvormige plas met een zeer dichte vegetatie van waterranonkel. Het gaat vermoedelijk om de schildvormige waterranonkel (
Ranunculus peltatus). In tegenstelling tot fotoset
29 hebben we hier te maken met een voorbeeld van roten in stromend water. Dit was eenvoudiger dan het graven van rootputten en er kon gedroogd vlas in geroot worden. Dat vlas werd meestal van elders aangevoerd. Het roten in stromend water, in onze gewesten de oudste vorm, stuitte al zeer vroeg op weerstand van de dikwijls stedelijke bevolking die er stroomafwaarts de hinder van ondervond. De steden werden in hun gelijk gesteld, waardoor sinds de middeleeuwen het roten in de rivieren op vele locaties verboden werd. Frappant detail is het kleine jongetje links van de rootput. Dit is André, het zoontje van Jean Massart.